Daniëlle Schalkwijk (1992) is historica met een voorliefde voor het erfgoed van Utrecht.  Geboren met een ‘oude ziel’ zet deze dame zich in voor historisch besef onder jongeren. Op vrijdagavond negeert ze vaak dat ze al aan de verkeerde kant van de twintig is

Valentijnsdag. Net als elke ochtend in bed wordt er een bak haar in m’n gezicht geduwd, stijgt er een grommend doch lieflijk geluid op naast m’n hoofd en na wat aanduwen is het duidelijk: er moet ontbijt gemaakt worden. Vinchenzo heeft nogal een strak eetprogramma en daar dien ik zorg voor te dragen. Daar staat tegenover dat ik álles in zijn leven ben. Een momentje alleen zijn is er niet meer bij. Vin gaat mee naar bed, op de bank, aan de eettafel, onder de douche en naar de wc. Als er een deur dicht zit en hij kan mij niet zien? Hell breaks loose.

Vin is een kat. Ik behoor namelijk tot de groeiende aantallen millenials (úgh) die een alleenstaand huishouden voeren. Zelf vind ik dat best lekker, maar vooral mensen om mij heen vinden er iets van. De feestdagen, verjaardagen, Valentijnsdag. De verre aanhang of vage kennissen die je elk jaar met dezelfde vraag bestoken, ‘hoe zit het met de mannen?’ Het is natuurlijk helemaal niet interessant dat ik een tweede master binnen heb gehaald, een eigen woning heb of op mijn werk een enorm project heb gedraaid. Nee, het is blijkbaar belangrijker of ik een ring om mijn vinger kan zien te krijgen. In 2020.

Ik heb een grote groep vriendinnen en vrienden om mij heen verzameld in de jaren. Leuk, vriendelijk, enthousiast, intelligent, in het bezit van banen, woningen en auto’s, but single. Als er een nieuwe (mannen)naam in mijn vriendenkring te horen is, is de eerste vraag ‘oh, leuke vent?’ waarbij je aan de toon hoort wat er met ‘leuk’ bedoelt wordt. Of je het er misschien op zou kunnen. Huisgenoten en buurmannen zijn vaak het lijdend voorwerp geweest van deze vraag.

Als ik de verhalen hoor, krijgen we allemaal dezelfde vragen. ‘Wanneer ga je nou aan de vent?’ ‘Date je wel?’ ‘Kunnen we met kerst een extra plek dekken?’ ‘Vindt je het niet erg altijd alleen thuis te zijn?’ ‘Het leven is toch leuker als je iemand hebt om mee te delen.’ De ergste die ik eens gehoord heb ‘Er moet eerst nog een man bij je willen blijven.’ Pardón? Buiten de brutaliteit van de opmerking om, vind ik ook de assumptie dat het aan (in dit geval) de vrouw zou liggen nogal belachelijk. Eén vader adviseert internetdaten aan zijn 30-jarige dochter, ‘want in de kroeg vindt je ze blijkbaar ook niet.’ Mijn moeder vertelde me dat ik er vaker op uit moest, want ze bellen niet zo maar bij je voordeur aan. Daar had ze ongelijk in, de buurman stond de week ervoor wel aan mijn deur in de hoop op een romance. Was niet helemaal succesvol, aangezien twee mensen hier aan moeten willen meewerken. Dat wordt nog wel eens vergeten.

Wellicht is het eens tijd om respect te hebben voor andermans keuzes in het leven, in plaats van mensen in jouw richting te vormen. Ik kan me best voorstellen dat het leuk is om een relatie te hebben (been there, done that), maar je hebt het niet nódig zoals je eten nodig hebt. Mijn vriendengroep vermaakt zich prima, met elkaar. Vakanties, citytrips, feestjes, groepchats vol vermakelijke screenshots van Tinder en Happn, de nabespreking na een nacht uitgaan. Heerlijk. Andersom zou het toch ook niet gewaardeerd worden als ik je vraag hoe het is om nooit vergelijkend warenonderzoek te hebben gedaan en op zaterdagavond thuis op de bank ‘Ik houd van Holland’ te kijken?

Vanavond krijgt Vinchenzo een extra blikje paté. Misschien vorm ik het wel in een hartje om hem af te leiden van het feit dat ik hem de hele avond alleen laat voor een Tinderdate.  Dat past dan weer bij mijn ietwat hypocriete millenial karakter. Beetje als je profileren als duurzaam en klimaatactivist, maar wel elke dag broodjes in plastic zakjes kopen.

Deze column is verschenen in De Nuk.